Cornelis de Bruijn (5) Jeruzalem
Cornelis de Bruijn, het Heilig GrafDit is het vijfde van dertien stukjes over Cornelis de Bruijn. Het eerste was hier.
***
Het heilige Land
Cornelis de Bruijn wilde naar Jeruzalem, dat lag op twee dagen van de haven van Jaffa. Maar toen hij halverwege was, in Ramla, gaven de Ottomaanse gezagsdragers hem bevel te blijven waar hij was. Een epidemie in Jeruzalem maakte verder reizen onverantwoord. Pas na bijna drie maanden kon De Bruijn verder reizen en op 17 oktober 1681 bereikte hij de heilige stad. Onderweg passeerde hij het vervallen kerkje voor Sint-Joris in Lydda, waar ik vorig jaar over blogde.
De autoriteiten stonden geen privébezoek toe aan de heilige plaatsen. Ze hadden de franciscanen, die al sinds de Kruistochten de Europese christenen vertegenwoordigden, aangewezen als coördinatoren. De monniken organiseerden rondleidingen, die voor de zekerheid werden beschermd door bewapende Ottomaanse escortes. Pelgrimage was zo veilig en verantwoord, maar bezoekers kregen zo alleen te zien wat hun was toegestaan.
De Bruijn sloot zich dus aan bij de georganiseerde wandelingen door de stad en nam deel aan excursies naar Bethanië en Bethlehem. Het waren allemaal heel normale uitjes. Zijn verslag bevat weinig verrassingen, maar bevat wel interessante, unieke illustraties. Het is bovendien onderhoudend door de nuchtere toon.
De tekenaar aan het werk
Toch slaagde Cornelis de Bruijn erin om op eigen gelegenheid naar de Olijfberg te gaan, waar hij een uniek panorama tekende van Jeruzalem. Dit was verboden, maar hij was er met een franciscaner monnik, die hem een signaal gaf als er mensen aankwamen. De kunstenaar kon dan zijn tekenmateriaal verstoppen in een picknickmand. Na vier dagen was de schets compleet.
De Bruijn maakte ook tekeningen in de Grafbasiliek. Het betekende drie dagen en nachten min of meer onafgebroken werk. (Hij vond de sanitaire voorzieningen in de kerk maar niets.) De tekeningen waren opnieuw belangrijk voor westerse geleerden: hij leverde mooie afbeeldingen van de buitenkant van de kerk, van de ronde hal waarin zich het aediculum op het graf bevindt, en uiteraard van het graf zelf. Ook vandaag zijn deze tekeningen waardevol, omdat de basiliek in 1808 door brand werd verwoest. Zonder de tekeningen van Cornelis de Bruijn zou de middeleeuwse bouwfase niet te reconstrueren zijn.
De Bruijn was geïnteresseerd in de plaatsen die hij bezocht, kon ook ontroerd zijn, maar was niet heel religieus. Je vraagt je af wat hij dacht toen hij de schedel van Johannes de Doper aanraakte in de basiliek van het Heilig Graf, omdat hij wist dat de schedel van deze zelfde joodse prediker ook in de Sint-Jan van Lateranen in Rome werd vereerd. (En in de Umayyadenmoskee in Damascus en in het klooster van Sveti Ivan te Sozopol, voegen wij toe.)
#Bethanië #Betlehem #CornelisDeBruijn #Franciscanen #Grafbasiliek #Jaffa #Jeruzalem #JohannesDeDoper #Lydda #Olijfberg #OttomaanseRijk #Ramla #SintJanVanLateranen #SintJoris
