#GaiusOctavius

2025-06-20

Het vernieuwde leger van Caesar

Romeinse standaarddrager (Kunsthistorisches Museum, Wenen)

Ik zeg niet dat de legionairs van Julius Caesar, aan wie ik zojuist een blogje wijdde, voortaan alleen nog maar vriendelijke heren waren. Ik noemde het bloedbad in de Griekse stad Gomfoi al eens. Evenmin beweer ik dat Caesar op een humanitaire missie was. Het disciplineren van de soldaten was noodzakelijk omdat verdere plundering schadelijk was voor het door Caesar verworven Romeinse Rijk.

Het ontstaan van een beroepsleger

Maar toch. Er veranderde nóg iets. Een Romeinse man mocht zesmaal worden opgeroepen voor een veldtocht. De proletariërs die het leger waren gaan vormen, dienden zes jaren aaneen. Het leger dat Caesar in Gallië inzette, diende langer, veel langer. Uiteraard waren er protesten en muiterijen, maar gaandeweg groeide een beroepsleger. Ten tijde van keizer Augustus diende een legionair twintig jaar, waarna hij nog vijf jaar beschikbaar moest blijven. De soldij en de afzwaaipremie (aanvankelijk een boerderij, later een betaling) waren gereguleerd. De officieren kregen fors meer betaald, opdat ze loyaal zouden zijn en geen leiding zouden geven aan muiterijen.

Een en ander veronderstelde een herziening van het muntstelsel. De soldaten namen immers niet zelf wat ze wilden hebben, maar kregen betaald. En dat geld moest komen van de muntmeester. Er was zoveel edelmetaal mee gemoeid dat Caesar en zijn tijdgenoten kozen voor het aanmunten van goud. Augustus was blij toen hij de beschikking kreeg over de schatten van Egypte.

Het ongelijk van Mommsen

De grootste oudhistoricus aller tijden, Theodor Mommsen, meende dat het augusteïsche leger een nieuwe schepping was, maar dat is onjuist gebleken. Er zijn sinds de late negentiende eeuw honderden inscripties bij gekomen die documenteren waar latere generaals hun soldaten demobiliseerden. Daardoor weten we nu dat na de moord op Caesar zijn legionairs terugkeerden onder de vaandels, sommigen voor zijn collega-consul Marcus Antonius, anderen voor Caesars achterneef Gaius Octavius. Dit verklaart waarom de nummers van Caesars legioenen in het latere keizerlijke leger tweemaal voorkomen. Naast V Alaudae was er ook V Macedonica, naast VI Ferrata was er VI Victrix en naast X Equestris (later: Gemina) was er X Fretensis.

Het leger was niet langer primair een plundermachine waarmee legionairs investeerden in zichzelf. De legioenen beschermden de bezittingen van de keizer: het Romeinse Rijk. Het was een bijeffect van Caesars optreden.

De hemel laten neerstorten

De onbekende auteur van De Spaanse Oorlog last tegen het einde van zijn werkje de toespraak in die Caesar zou hebben gehouden op de landdag in Sevilla. Hij zou de aanwezigen hebben herinnerd aan de weldaden die hij hun had bewezen en zou hun hebben beschuldigd van trouweloosheid. Een trouweloosheid die des te dommer zou zijn omdat de Andalusiërs wisten hoe verschrikkelijk goed Caesars leger was:

Realiseerden jullie je dan niet dat het Romeinse volk legioenen heeft die jullie nooit zouden kunnen weerstaan en die desnoods de hemel kunnen laten neerstorten?

Deze hyperbool aan het einde van De Spaanse Oorlog komt uit de pen van een van Caesars officieren, die een ongezochte manier zag om zichzelf een compliment te geven. Maar de passage snijdt hout. Caesar had een leger gevormd dat gedisciplineerd was, goed werd betaald, bereid was te vechten in plaats van te plunderen – kortom, dat voor een Caesar of voor een keizer desnoods de hemel kon laten neerstorten.

Of ermee op te rukken naar de Parthen. De beslissing tot die oorlog hing in de lucht en Caesar zal 2069 jaar geleden druk zijn geweest met de voorbereidingen.

[Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

#RealTimeCaesar #2069JaarGeleden #Augustus #GaiusOctavius #Gomfoi #JuliusCaesar #krijgsgeschiedenis #legioen #muntgeld #SpaanseOorlog #Suetonius #VAlaudae #VMacedonica #VIFerrata #VIVictrix #XFretensis #XGemina #XIIFulminata

2025-06-03

Gaius Octavius in Spanje

Een heel jonge Octavianus (Museo Archeologico Nazionale, Florence)

Het was juni van het jaar waarin Julius Caesar zonder collega het consulaat bekleedde ofwel “ons” 45 v.Chr. Dus ja, u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij ontving zijn achterneef, Gaius Octavius, de latere keizer Augustus.

Gaius Octavius

Caesar had hem, toen nog een zestienjarige jongeman, al willen meenemen op zijn Afrikaanse campagne, maar Octavius’ moeder had dat verboden. Tijdens de viervoudige triomftocht had Octavius meegereden met de ruiters achter Caesars zegekar. Later was hij gastheer geweest bij een toneelvoorstelling. Hij was toen onwel geworden en had geen deel kunnen nemen aan de Spaanse Oorlog. Desondanks reisde hij, eenmaal genezen, zijn oudoom achterna. In de zomer van 45, kort voor zijn achttiende verjaardag, diende hij zich in de buurt van Gibraltar bij Caesar aan.

Caesar omhelsde hem als een zoon en verwelkomde hem, want degene die hij ziek thuis had gelaten zag hij nu veilig en wel. Hij liet hem ook niet meer gaan en onderhield hem in zijn eigen paviljoen. Caesar prees zijn ijver en intelligentie, maakte er een gewoonte van hem bij zijn gesprekken te betrekken om zo zijn verstand te beproeven. Toen Caesar merkte dat Octavius schrander en intelligent was, en dat zijn antwoorden scherp en altijd ter zake waren, nam zijn achting en genegenheid nog verder toe.noot Nikolaos van Damascus, Augustus fr.23.

De auteur van deze woorden, Nikolaos van Damascus, is altijd erg positief over keizer Augustus, en we mogen ons afvragen of het werkelijk zo is gegaan. Een andere achterneef, Quintus Pedius, was eveneens aanwezig, had al eerder gevochten in Gallië en zou later de allerhoogste militaire eerbewijzen krijgen. Hij blijft onvermeld. Het verhaal is minimaal te eenzijdig en kan zeker in Augustus’ propaganda zijn aangedikt. Als het niet ronduit verzonnen is.

Voortekens

Neem een anekdote die Cassius Dio lijkt te hebben ontleend aan Titus Livius: Caesar meende na de slag bij Munda dat hij nog nieuwe oorlogen zou winnen.

In die hoop werd hij vooral bevestigd door het feit dat uit een palm die op de plaats van de slag stond, onmiddellijk na de overwinning een scheut was gegroeid.noot Cassius Dio, Romeinse Geschiedenis 43.41.

Suetonius kent dat voorteken ook, maar betrekt het niet op toekomstige prestaties van Caesar. Dit keer voorspelt de scheut dat Caesar een opvolger zal vinden.

Toen Caesar bij Munda een bos liet omhakken op de plaats die hij voor een kamp had bestemd, gaf hij bevel om een daar aangetroffen palmboom te laten staan als voorteken van de overwinning. Terstond schoot daaruit een nieuwe loot op, die in enkele dagen zover uitgroeide dat hij de stam waaruit hij voortgekomen was niet alleen in lengte evenaarde, maar die zelfs overschaduwde, terwijl een menigte duiven daarin ging nestelen, hoewel deze vogelsoort hard en stekelig gebladerte in de regel vermijdt. Men vertelt dat het dit wonderteken is geweest dat Caesar ertoe bewoog de kleinzoon van zijn zuster en geen ander tot zijn opvolger te bestemmen.noot Suetonius, Augustus 94; vert. Daan den Hengst.

Uiteraard is Suetonius’ verhaal onzin, want het was pas weken na de campagne bij Munda eer Octavius zich in Spanje aandiende. Dat Suetonius’ versie slechts een latere bewerking is, wil echter niet zeggen dat Dio’s versie betrouwbaar is. Die noemt Caesar en Octavius doodleuk “strijdgenoten”. Dat is evenmin waar.

Saguntum

We weten wel dat Caesar en zijn achterneef in de loop van de zomer hun reis vervolgden naar Cartagena en Saguntum.

De Saguntijnen kwamen Octavius om hulp vragen, want tegen hen liepen enkele aanklachten. Hij trad op als hun vertegenwoordier en wist bij Caesar het intrekken van de klachten te bewerkstelligen. Toen Caesar de verheugde Saguntijnen naar huis stuurde, prees hij Octavius en noemde hem hun redder. Daarna benaderden veel andere mensen Octavius met verzoeken om bijstand, en hij bleek voor hen van grote waarde te zijn.noot Nikolaos van Damascus, Augustus fr.26.

Met andere woorden: Octavius was begonnen een eigen patronage-netwerk op te bouwen. Het zou hem later van pas komen. Voor zover ik kan zien, zouden de Iberische gewesten tijdens de latere burgeroorlogen nooit een ander dan hem steunen.

Laster (of niet)

Ondertussen is er ook een andere traditie over de wijze waarop Octavius omhoog viel. Het is namelijk wel wonderlijk dat Caesar enkele maanden later Octavius zou aanwijzen als voornaamste erfgenaam. Natuurlijk, Sextus Julius Caesar was inmiddels dood en Caesar moest denken aan een opvolger als familiehoofd. Maar het is vreemd dat hij daarbij Quintus Pedius, die veel meer ervaring had, zo opvallend passeerde. Er circuleerden allerlei roddelpraatjes.

In zijn vroegste jeugd werden hem allerlei schanddaden aangewreven. Sextus Pompeius maakte hem uit voor verwijfd, Marcus Antonius beweerde dat hij zijn adoptie verdiend had door zich door zijn oudoom te laten misbruiken.noot Suetonius, Augustus 68; vert. Daan den Hengst.

Dit mag dan roddel zijn, het is niet per se onwaar, net zo min als de officiële versie vol palmscheuten, strijdgenoten en scherpzinnige tafelgesprekken per se waar is. Feit is dat we het eigenlijk niet goed weten. Zoals zo vaak. Het is immers oudheidkunde.

Agrippa

Tot slot een hypothese. Caesar had oog voor talent. Hij begreep wat zijn mensen konden en herkende wat ze niet konden. Het is opvallend dat Caesar aan Octavius iemand toevoegde, Marcus Vipsanius Agrippa. Ze zouden hun leven lang bevriend blijven. Ik heb me weleens afgevraagd of Caesar niet heeft herkend dat Octavius geen talent had voor het krijgsbedrijf en hem daarom voorstelde aan iemand met meer militair inzicht.

[Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

#RealTimeCaesar #2069JaarGeleden #Andalusië #Augustus #CassiusDio #GaiusOctavius #JuliusCaesar #MarcusAntonius #MarcusVipsaniusAgrippa #NikolaosVanDamascus #Octavianus #QuintusPedius #Saguntum #SextusJuliusCaesar #SextusPompeius #Spanje #Suetonius

Client Info

Server: https://mastodon.social
Version: 2025.04
Repository: https://github.com/cyevgeniy/lmst