#Thapsus

2025-08-15

Provinciale herindelingen

Africa (Musée des beaux-arts, Lyon)

Dit wordt een saai blogje. Ik schrijf het vooral voor mezelf, omdat ik even wat dingen op een rijtje wil hebben. Dus u moet het maar niet lezen, tenzij provinciale herindelingen uw hobby zijn.

Maar het zit dus zo. Als u in de eerste helft van de tweede eeuw v.Chr. naar de Maghreb had gekeken, dan lag in het oosten, waar nu Tunesië ligt, het gebied waarover de stad Karthago de scepter zwaaide. Reisde u naar het westen, dan arriveerde u in Numidië, en dat bestond uit het gebied van twee groepen: in het oosten de Massyliërs en in het westen de Masaeisyliërs. De koning van de Numidische volken is op dat moment Massinissa; hij resideerde in Cirta, het huidige Constantine. Nog wat verder naar het westen, zeg maar in wat wij Marokko noemen, leefden de Mauri.

De Romeinse Republiek

Massinissa breidde zijn rijk gestaag uit naar het oosten, ten koste van Karthago. Rond 173 veroverde hij Dougga en kort voor 150 Bulla, dat sindsdien Bulla Regia heette, het “koninkijke Bulla”. Omdat de Romeinen voorzagen dat Massinissa’s volgende verovering Karthago zou zijn, wat betekende dat er opnieuw een supermacht was in de Maghreb, annexeerden ze het gebied in 146 zelf. Karthago werd verwoest en de hoofdstad van de provincie Africa was daarom het oeroude Utica.

Een eeuw later raakte Julius Caesar verwikkeld in een conflict met de Numidische koning Juba I, die aanvankelijk succes had, zich verbond met Caesars tegenstanders en in 46 v.Chr. met hen werd verslagen in de slag bij Thapsus. Van het westelijk deel van zijn koninkrijk, Masaesylië dus, maakte de Mauri-vorst Bochus II zich meester, de broer van Caesars bondgenoot Bogud, die zelf regeerde over de Mauri in het huidige Marokko.

Het oostelijk deel van het rijk van Juba, Massylië, werd nu Romeins. Een deel daarvan werd als Africa Nova toegevoegd aan Africa, terwijl het deel rond Cirta in handen viel van de Romeinse vrijbuiter Publius Sittius. Later werd ook dit geannexeerd, maar Cirta en drie andere steden behielden enige autonomie.

De Romeinse keizertijd

Na de burgeroorlogen die volgden op de moord op Caesar werden Africa en Africa Nova verenigd tot Africa Proconsularis, met als hoofdstad het inmiddels herbouwde Karthago. Binnen deze provincie behield Cirta dus enige autonomie, en verder was er een zone onder militair gezag die wordt aangeduid als Numidia. Hier had de commandant van het Derde Legioen Augusta het voor het zeggen.

Stand van zaken in de tijd van keizer Augustus en keizer Tiberius:

  • in het verre westen de Mauri in het huidige Marokko, geregeerd door Juba II;
  • middenin de Masaesyliërs, eveneens geregeerd door Juba II, met als voornaamste stad Iol Caesarea (Cherchell).
  • in het oosten de Romeinse provincie Africa Proconsularis, bestuurd vanuit Carthago,
    • met de semi-autonome steden rond Cirta;
    • met de militaire zone Numidia.

In het jaar 40 na Chr. annexeerde keizer Caligula Mauretanië, dat twee jaar later door zijn opvolger Claudius werd gesplitst in een westelijk Mauretania Tingitana en een oostelijk Mauretania Caesarea. Ondanks de naam Mauretania was dit gebied traditioneel dat van de Numidische Masaesyliërs.

Nog wat latere aanpassingen: keizer Septimius Severus maakte de militaire zone Numidië tot een zelfstandige provincie met als hoofdstad Lambaesis. Een eeuw later splitste Diocletianus Africa Proconsularis in drieën, die Africa Proconsularis, Byzacena en Tripolitana heetten, terwijl de vier autonome steden in het westen van Africa voortaan bekendstonden als Numidia Cirtensis. Deze vijf provincies en de twee Mauretanische provincies vormden samen het diocees Africa.

Ik zei toch dat dit een saai blogje zou zijn? En hoewel ik hier even op heb zitten puzzelen, ben ik nog steeds niet helemaal zeker van mijn zaak.

#AfricaProconsularis #Algerije #Augustus #BochusII #Bogud #BullaRegia #Caligula #Cherchell #Cirta #Claudius #Diocletianus #Dougga #IolCaesarea #JubaI #JubaII #JuliusCaesar #Karthago #Lambaesis #Marokko #Masaeisyliërs #Massinissa #Massyliërs #Mauri #Numidië #PubliusSittius #SeptimiusSeverus #Thapsus #Tiberius #Tunesië #Utica

2024-02-07

Het einde van de slag bij Thapsus

Sinds de slag bij Thapsus had V Alausae een olifant op zijn munten (Teylers Museum, Haarlem)

Zoals ik in het vorige blogje al aangaf, begon de slag bij Thapsus niet werkelijk zoals Julius Caesar het had gepland, maar dreven de mannen die op zijn rechtervleugel stonden, hun tegenstanders terug. Op de andere vleugel had Scipio enig succes, maar de soldaten van het Vijfde Legioen Alaudae die hier stonden, bestookten de olifanten met hun speren en dreven ze terug. Vanaf toen had dit legioen een olifant als embleem. Zie boven.

Ook hier, op Scipio’s rechtervleugel, zetten zijn manschappen het dus op een lopen toen de olifanten zich tegen hen keerden.

Terwijl ze over de hele vlakte vluchtten, zaten Caesars legioenen dicht achter hen aan en gaven hun geen kans op adem te komen. Toen ze het legerkamp bereikten waarheen ze op weg waren, om zich daar te herstellen en weer te verdedigen, zochten ze een leider naar wie ze konden opzien en onder wiens gezag en commando ze oorlog konden voeren. Toen ze merkten dat het kamp door niemand werd beschermd, wierpen ze meteen hun wapens weg en vluchtten haastig naar het kamp van de koning. Toen ze daar aankwamen, zagen ze dat ook dat in bezit was van de Julianen. (Afrikaanse Oorlog 85)

Hoe het kamp van Juba al door Caesars mannen ingenomen kon zijn, komen we niet te weten. De auteur van De Afrikaanse Oorlog stond blijkbaar niet op dit deel van het slagveld. In de tussentijd had Gaius Vergilius, de commandant van het belegerde Thapsus, zijn garnizoen een uitval laten doen, maar de twee door Caesar achtergelaten rekrutenlegioenen sloegen die af.

Misdaden

De strijd was voorbij maar dat was niet het einde van het geweld. De soldaten, vol van frustratie over de langdurige campagne, draaiden helemaal door.

Toen Scipio’s mannen alle hoop op redding hadden laten varen, gingen ze op een heuvel staan en brachten de militaire groet door hun wapens neer te leggen. Dit hielp de ongelukkigen niet veel. Want de veteranen, een en al woede en ergernis, waren er niet toe te brengen de vijand te sparen. Ze verwondden of doodden zelfs een aantal aanzienlijke Romeinen …

Hierop trokken heel wat Romeinse ridders en senatoren zich geschrokken uit het gevecht terug, om niet eveneens gedood te worden door de soldaten, die zich na zo’n grote overwinning de vrijheid permitteerden om alle grenzen te buiten te gaan, in de hoop dat hun geweldige prestaties hen voor straf zouden behoeden. En zo werden alle soldaten van Scipio, hoewel ze Caesar om bescherming smeekten, tot de laatste man gedood, terwijl Caesar toekeek en zijn troepen smeekte hen te sparen. (Afrikaanse Oorlog 85)

Tot slot

Hoe lang het bloedvergieten is doorgegaan, we weten het niet. Maar het gevecht vormde het einde aan de Afrikaanse campagne. Sommige van Scipio’s officieren wisten te ontkomen en zouden de strijd voortzetten vanuit Andalusië. De Tweede Burgeroorlog was dus nog altijd niet voorbij. Ook had Caesar de provincie nog niet voldoende gepacificeerd. Maar hij had een moeizame campagne met succes afgerond en hij zal die dag opgelucht zijn geweest.

Ik rond af met nog twee kleine opmerkingen. Eén: Ploutarchos vertelt dat de veldslag chaotisch begon omdat Caesar een epileptische aanval had. Er is een theorie die dat uitlegt als een hart- en vaataandoening. Ik heb er al eens over geblogd: on n’a pas besoin de cette hypothèse. Ik voor mij vermoed dat de epileptische aanval is verzonnen ter verklaring van het rommelige begin van de veldslag.

Twee: ik heb hierboven de antieke bronnen centraal gesteld. We weten natuurlijk allemaal hoe het echt is geweest. Caesar aarzelde lang of hij de strijd moest beginnen, maar werd voor een voldongen feit gesteld toen Gallische legionairs de aanval op Scipio’s troepen inzetten.

Hoe de slag bij Thapsus eigenlijk begon

[Morgen meer. Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

#RealTimeCaesar #2069JaarGeleden #AfrikaanseOorlog #Asterix #epilepsie #GaiusVergilius #JubaI #JuliusCaesar #olifant #Ploutarchos #QuintusCaeciliusMetellusPiusScipio #Thapsus #Tunesië #TweedeBurgeroorlog #VAlaudae

2025-04-03

Een oud legioen: VII Claudia (1)

Grafschrift van een soldaat van VII Claudia (Archeologisch Museum, Split)

Met het Achtste, Negende en Tiende legioen behoorde het Zevende tot de oudste eenheden van het Romeinse leger uit de keizertijd. Deze vier eenheden waren al bij Julius Caesar toen die in 58 v.Chr. Gallië binnenvielen en moeten al vóór zijn gouverneurschap zijn samengesteld. De Romeinse commandant vermeldt het Zevende in zijn verslag over het jaar 57: het nam deel aan het gevecht tegen de Nerviërs aan de rivier de Sabis, de Selle in Noord-Frankrijk.

Later lijkt het Zevende te hebben gevochten in westelijk Gallië; het was aanwezig bij de campagne tegen de Veneten in wat nu Bretagne heet, en nam deel aan de twee expedities naar Brittannië (in 55 en 54). Tijdens de oorlog tegen Vercingetorix was het Zevende actief in de omgeving van Lutetia (52) en bij Alesia. Het was later betrokken bij de “veegoperaties” tegen de Bellovaci (51).

De Burgeroorlogen

Tijdens de Tweede Burgeroorlog – Caesar versus de Senaat – streed het Zevende eerst in Hispania, tijdens de gevechten rond Ilerda waarover ik al blogde. De eenheid wordt ook vermeld tijdens de gevechten bij Dyrrhachion en Farsalos (48). Daarna werden de soldaten, die in hun twaalfde dienstjaar waren, teruggestuurd naar Italië om te worden gedemobiliseerd, maar evengoed vinden we het Zevende in Africa tijdens de slag bij Thapsus (46). Dit toont hoe een leger van beroepssoldaten aan het groeien was.

In het volgende jaar ontvingen de veteranen land in de buurt van Capua en Luca, maar in 44, toen Caesar was vermoord, sloten velen zich aan bij Octavianus, die dit legioen in de herfst opnieuw samenstelde (samen met het Achtste) en vervolgens gebruikte om zijn eigen machts​​positie te versterken. Het vocht bij Modena in 43 en bij Filippoi in 42, waarna het met Octavianus terugkeerde naar Italië. Het was actief tijdens het beleg van Perugia in 41.

In 36 vestigden veteranen zich in Zuid-Gallië. Het legioen was waarschijnlijk actief tijdens de oorlogen van Octavianus tegen Sextus Pompeius, die Sicilië had bezet, en was mogelijk aanwezig toen Octavianus bij Aktion in botsing kwam met Marcus Antonius (31). Later vestigden zich ook veteranen in Mauretanië.

Octavianus werd de eerste keizer van Rome en lijkt het Zevende Legioen naar Galatië te hebben overgebracht, Centraal-Turkije, hoewel een verblijf op de Balkan net zo waarschijnlijk is. Het heette tenslotte ook wel Macedonica.

De erenaam: VII Claudia

In de verwarde jaren van de Pannonische Opstand (6-9 n.Chr.) werd het opnieuw verplaatst, dit keer naar Tilurium in Dalmatië, een provincie die samen met het Elfde Legioen werd bezet. (Waarschijnlijk deelden beide legioenen de basis bij Burnum, het huidige Kistanje.) Verschillende inscripties documenteren dat officieren van het Zevende Legioen bemiddelden in de geschillen tussen plaatselijke steden en stammen.

Het Zevende was nog in Dalmatië toen in 42 de gouverneur van deze provincie, Lucius Arruntius Camillus Scribonianus, in opstand kwam tegen keizer Claudius, die pas kort daarvoor aan de macht was gekomen. De soldaten van het Zevende en het Elfde maakten snel een einde aan de opstand. Ze ontvingen de eretitel Claudia Pia Fidelis, “het Claudische legioen, loyaal en trouw”.

Toen IIII Scythica werd overgebracht van de Midden-Donau naar de Eufraat om te vechten in de oostelijke campagnes van generaal Corbulo (circa 58), verving VII Claudia Pia Fidelis het. De exacte locatie van de nieuwe basis is niet bekend, maar het kan Viminacium zijn geweest, het moderne Kostolac ten oosten van Belgrado, waar de eenheid in elk geval later verbleef.

Inscriptie door VII Claudia (Archeologisch Museum, Zagreb)

Vierkeizerjaar

Tijdens de burgeroorlogen na de zelfmoord van keizer Nero, het Vierkeizerjaar, koos VII Claudia aanvankelijk de zijde van keizer Otho, maar in de eerste slag bij Cremona (69) kon Otho’s leger de overwinning van diens rivaal Vitellius niet voorkomen – een groot deel van Otho’s leger arriveerde te laat voor de strijd. Vitellius bestrafte de verslagen legionairs echter niet en stuurde ze terug naar de Balkan.

Ze stonden open voor de propaganda van een andere troonpretendent, Vespasianus. VII Claudia haastte zich later in hetzelfde jaar opnieuw naar het westen en behoorde in de tweede slag bij Cremona wel tot de overwinnaars. Vespasianus dankte zijn troon aan onder meer het Zevende Claudische Legioen.

[Zo meteen meer]

#Augustus #Bellovaci #Burnum #Claudius #Dalmatië #EersteSlagBijCremona #IIIIScythica #Ilerda #JuliusCaesar #legioen #LuciusArruntiusCamillusScribonianus #Lutetia #MarcusAntonius #Mauretanië #Modena #Nero #Nerviërs #Otho #Perugia #RomeinsLeger #Servië #slagAanDeSabis #slagBijDyrrhachion #slagBijFarsalos #slagBijFilippoi #Thapsus #TweedeBurgeroorlog #TweedeSlagBijCremona #Veneten #Vespasianus #Vierkeizerjaar #VIIClaudia #VIIIAugusta #VIIIIHispana #Viminacium #Vitellius #XGemina #XIClaudia #zeeslagBijAktion

2024-10-25

Quintus Ligarius

Zomaar een Romein, dus niet per se Quintus Ligarius (Capitolijnse Musea, Rome)

Ik introduceer mijn stukjes over de laatste jaren van Julius Caesar meestal met het omrekenen van de republikeinse datum naar onze kalender. Vandaag sla ik die gimmick over. Evengoed gaan we het hebben over Caesar. Of beter, over een tijdgenoot: Quintus Ligarius, over wiens lot de rechtbank 2069 jaar geleden besliste.

Hij diende al jaren in het huidige Tunesië: in 50 v.Chr. als assistent van gouverneur Gaius Considius Longus; later als diens plaatsvervanger; weer later als adjudant van Pompeius’ bondgenoot Publius Attius Varus. Ligarius nam deel aan de slag bij Thapsus en werd na afloop gevangen genomen in Hadrumetum. Caesar liet hem in leven maar stond hem niet toe terug te reizen naar Italië.

Rechtszaak

Op verzoek van Ligarius’ familie besloot Cicero de kwestie bij Caesar aan te kaarten, maar juist toen die zich welwillend betoonde, kwam bericht dat Ligarius op een of andere manier had samengewerkt met koning Juba I van Numidië. Dat betekende dat de balling niet zomaar een verdediger was van de Romeinse Republiek, maar hoogverraad had gepleegd. Er kwam een rechtszaak. De aanklager schijnt de Quintus Aelius Tubero te zijn geweest die ook een geschiedenis van Rome heeft geschreven, benut door Titus Livius.

De Grieks-Romeinse auteur Ploutarchos vertelt dat Caesar de rechtszaak bijwoonde omdat hij zin had Cicero, die gold als een van de grootste redenaars van zijn tijd, weer eens te horen spreken.

Toen Quintus Ligarius werd aangeklaagd omdat hij tot Caesars vijanden had behoord en Cicero hem verdedigde, zei Caesar tegen zijn vrienden: “Wat belet ons Cicero weer eens te horen spreken, nu die man al lang veroordeeld is als een schurk en een vijand?”

Cicero maakte meteen vanaf zijn eerste woorden buitengewoon veel indruk en naarmate zijn betoog vorderde ontplooide het zo’n rijke scala aan emoties en zo’n ongelooflijke charme dat Caesar herhaaldelijk van kleur verschoot en duidelijk aan allerlei emoties ten prooi was. En toen de redenaar ten slotte de gevechten bij Farsalos aanroerde, raakte Caesar buiten zichzelf. Zijn lichaam schokte en hij liet enkele papieren uit zijn hand vallen. In elk geval sprak hij de man noodgedwongen vrij van schuld.noot Ploutarchos, Cicero 40; vert. Hetty van Rooijen.

Verzoening en moord

Ik sluit niet uit dat Caesar oprecht aangedaan was toen hij Cicero’s oproep tot verzoening hoorde. Zoals ik al vaker heb geschreven heeft ook iemand die met een putsch aan de macht komt, behoefte aan goede bestuurders. Zo ook Caesar. Niet hij had de burgeroorlog gewild – althans, zo zag hij het zelf – en hij streefde naar stabiliteit. Farsalos was een overwinning die hij niet had gezocht, zoals de moord op Pompeius hem ook slecht was uitgekomen. Dat hij geschokt reageerde toen Cicero de verschrikkingen van Farsalos evoceerde, wil ik geloven. Het was, zo lijkt me, ook voor de overwinnaar traumatisch geweest.

Enfin. Caesar was een van de juryleden die Quintus Ligarius vrijsprak. De man mocht terugkeren naar Rome. Heel dankbaar betoonde deze zich echter niet: hij was een van degenen die deelnam aan de samenzwering tegen en moord op Caesar. Ruim een jaar later, toen Octavianus, Marcus Antonius en Lepidus het Tweede Driemanschap hadden gesloten, werd Ligarius vogelvrij verklaard en uit de weg geruimd.

[Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

#RealTimeCaesar #2069JaarGeleden #AfrikaanseOorlog #Cicero #GaiusConsidiusLongus #Hadrumetum #JubaI #Ploutarchos #PubliusAttiusVarus #QuintusAeliusTubero #QuintusLigarius #rechtbank #Thapsus #TweedeBurgeroorlog #TweedeDriemanschap

Jona lenderingJonaLendering
2024-02-08

2069 jaar geleden versloeg bij het leger van zijn republikeinse tegenstanders en dat van de Numidische koning Juba. De dag na de veldslag moest Caesar allerlei maatregelen nemen.

mainzerbeobachter.com/2024/02/

Jona lenderingJonaLendering
2024-02-07

Het is vandaag 2069 jaar geleden dat in de slag bij (in het huidige ) zijn republikeinse tegenstanders en de Numidische koning Juba versloeg. Ik blog over het einde van de veldslag.

mainzerbeobachter.com/2024/02/

Jona lenderingJonaLendering
2024-02-07

Het is vandaag 2069 jaar geleden dat bij (in het huidige Tunesië) zijn republikeinse tegenstanders en de Numidische koning Juba versloeg. Deel één.

mainzerbeobachter.com/2024/02/

Client Info

Server: https://mastodon.social
Version: 2025.07
Repository: https://github.com/cyevgeniy/lmst