#AbydosAzi%C3%AB_

2023-04-15

Hero en Leandros

De Hellespont tussen Sestos (L) en Abydos (R)

Het verhaal is eigenlijk vrij simpel. In Sestos, aan de Europese kant van de Dardanellen (de antieke Hellespont), leefde Hero, priesteres van de godin Afrodite. Op de Aziatische oever, in Abydos, leefde haar geliefde Leandros. Die kon zijn vriendin alleen in de nacht bezoeken en daarom zwom hij elke nacht de zeestraat over. Hero stak altijd een fakkel aan, zodat Leandros wist waarheen hij moest richten. Op een keer woei de fakkel uit en raakte de zwemmer de weg kwijt. De volgende ochtend ontdekte Hero het levenloze lichaam van haar verdronken minnaar en sprong ze van een toren af, dood.

Het zou zomaar echt gebeurd kunnen zijn. De stromingen hier zijn berucht. Van de Griekse auteurs Polybios en Strabon weten we dat zelfs schepen onmogelijk rechtstreeks van de ene naar de andere oever konden varen. Bovendien valt Sestos niet rechtstreeks vanaf de tegenoverliggende kust te bereiken omdat de stroming van de haven af stroomt en zich richt op een punt even verderop. Op de aanlegplaats stond een toren, die voor schippers een noodzakelijk oriëntatiehulpmiddel was. In de Romeinse Keizertijd was dit baken vervangen door een vuurtoren.

Overlevering

Het verhaal, dat niet gaat over goden of helden maar over gewone stervelingen, lijkt ergens in de eerste eeuw v.Chr. te zijn ontstaan. We weten niet wie het heeft bedacht. Het is sindsdien verschillende keren opgetekend. De dichters Vergilius en Horatius alluderen eraan, de geograaf Strabon veronderstelt de toren bekend, de dichter Antipatros van Thessaloniki vat het verhaaltje samen en Ovidius verzon twee brieven die de geliefden elkaar zouden hebben geschreven. Allemaal aan het begin van de jaartelling. En allemaal nemen ze aan dat de toehoorder of lezer wist wie de star-crossed lovers waren.

Hero en Leandros (Altes Museum, Berlijn)

De schildering hierboven is al even oud: het begin van onze jaartelling. Ze is in 1907 gevonden in een grafkamer bij Morlupo, een kilometer of dertig ten noorden van Rome. Er zijn een paar kleine afwijkingen ten opzichte van de standaardversie die ik hierboven aanhaalde: de man helemaal links is een dienaar die vermoedelijk is vergeten een lantaarn aan te doen, de personen rechts zijn niet geïdentificeerd. We hebben hier te maken met een variant op de anekdote.

Mondelinge literatuur

Varianten documenteren de mondelinge overlevering van zo’n verhaal: iedereen vertelt het aan elkaar, iedereen kent het, er zijn allerlei versies, eigenlijk hoeft niemand het volledig op te schrijven. En het springt van cultuur naar cultuur over, van taalgebied naar taalgebied. In het Nederlandse taalgebied is het Lied van de Twee Koninghs Kindren voor het eerst opgetekend in 1525. Een Beierse sage over een monnik en een non speelt op twee eilanden in de Chiemsee. Die vindt u hier.

Hero en Leandros (Archeologisch Museum, Djemila)

Zulke parallellen zijn volkomen normaal. Rond 1910 verzamelde de Finse geleerde Antti Aarne ze in een catalogus, die in 1927 door de Amerikaan Stith Thompson is uitgebreid en in 2004 nog een keer door de Duitser Hans-Jörg Uther. In de Aarne-Thompson-Uther-catalogus is dit verhaal nummer 666.

Ik schreef zojuist dat het verhaal van Hero en Leandros echt gebeurd kan zijn. De locatie is geschikt en er zijn geen wonderbaarlijke elementen. Ik sluit het oprecht niet uit. Maar het verhaal is te vinden in allerlei uiteenlopende culturen en van begin af aan zijn er varianten. Dat suggereert een mondeling doorgegeven anekdote, populair omdat ’ie zo mooi tragisch is.

[Dit was de 434e aflevering in mijn reeks museumstukken.]

#AarneThompsonUther #AbydosAzië_ #AntipatrosVanThessaloniki #AnttiAarne #HeroEnLeandros #Horatius #mondelingeLiteratuur #PubliusOvidiusNaso #PubliusVergiliusMaro #Sestos #Turkije

2024-12-11

Parmenion versus Memnon

Macedonische helm (Nationaal Museum, Kopenhagen)

Nu ik werkende weg ben beland in een soort van geschiedenis van Alexander de Grote – een overzichtspagina is inmiddels hier – is het geen slecht idee eens te vertellen hoe de oorlog tussen Macedonië en het Achaimenidische Rijk eigenlijk begon. Over de aanleiding heb ik het al eerder gehad: dat was het Perinthos-incident. Filippos II consolideerde zijn koninklijke macht in Macedonië door externe expansie, die hem het goud opleverde waarmee hij machtige aristocraten voor zich won. Die expansie moest vroeg of laat stuiten op Perzische vitale belangen – zoals de doorvaart van de Zwarte naar de Egeïsche Zee. De inname van Perinthos in 340 v.Chr. was voor de Perzische koning Artaxerxes III Ochos onacceptabel en dus stuurde hij troepen naar Europa. Voor het eerst, lijkt het, sinds de dagen van Xerxes. In elk geval: na die vernedering besloot Filippos het Perzische Rijk aan te vallen.

Parmenion valt aan

De oorlog begon serieus in het voorjaar van 336, toen een Macedonisch leger, aangevoerd door generaals Parmenion en Attalos, overstak naar Azië. De expeditie leek eenvoudig. Artaxerxes III Ochos was in september 338 opgevolgd door Artaxerxes IV Arses en het Perzische imperium was verscheurd door troonstrijd. Terwijl de rebellen Chababash en Nidin-Bel de macht grepen in Egypte en Babylonië, trok een derde rebel, de Perzische edelman Artašata, vanuit Armenië op naar de Perzische hoofdsteden. Alsof de chaos nog niet groot genoeg was, had het rijk na de dood van de betrouwbare generaal Mentor van Rhodos ook geen onomstreden militaire leider. De satrapen in Klein-Azië waren verdeeld over de vraag wie hem zou opvolgen.

Terwijl het wereldrijk verzwakt was, landden de tienduizend soldaten van het leger van Parmenion en Attalos. Belangrijke havens aan de Hellespont als Abydos en Kyzikos vielen zonder slag of stoot in Macedonische handen. Tegelijkertijd werd Artaxerxes IV vermoord en beklom Artašata de troon, onder de naam Darius III. Wat zijn (alleen in Latijnse bronnen genoemde) bijnaam Codomannus betekent, is niet bekend, al kan het in het Perzisch zoiets betekenen als “de krijgslustige”.

De Griekse steden

Met een Macedonisch leger in de buurt, en terwijl het Perzische centrale gezag een speelbal leek van diverse partijen, kwamen verschillende Griekse steden in Klein-Azië in opstand tegen hun koning. Al sinds mensenheugenis werden die steden, net als de meeste stadstaten ten westen van de Egeïsche Zee, geregeerd door een kongsi van rijke oligarchen of een niet minder vermogende alleenheerser. Aangezien kapitaal in de Oudheid vrijwel uitsluitend werd belegd in land, en grootgrondbezitters nooit ver van hun bezittingen verbleven, hadden de Perzische bestuurders deze groep altijd eenvoudig kunnen controleren. De opstandelingen waren minder rijk, en waar ze aan de macht kwamen moesten ze op zoek naar steun. Vaak vestigden ze een democratie om de bevolking voor zich te winnen.

Ze knoopten in de zomer van 336 ook vriendschapsbetrekkingen aan met Filippos van Macedonië, die als enige hun onafhankelijkheid kon beschermen. De Efesiërs eerden hem met een standbeeld in de beroemde Artemistempel. Het leger van Parmenion en Attalos werd overal met open armen ontvangen en kon snel oprukken naar het zuiden. In het najaar bereikte het de stad Magnesia, die de weg beheerste naar het voornaamste Perzische bestuurscentrum in de regio, Sardes.

Darius III slaat terug

Tot daar verliep alles zonder problemen, maar plotseling stokte de Macedonische opmars. Niet alleen de moord op Filippos in het najaar van 336 gooide roet in het eten. Minstens even belangrijk was dat de Perzen ongewoon snel hun eenheid herwonnen. Darius III maakte eerst een einde aan het bewind van de Babyloniër Nidin-Bel, zond goud en zilver naar de Griekse stadstaten om ze tegen Alexander in opstand te laten komen, en liet bovendien in de havensteden van Cyprus en Fenicië een oorlogsvloot klaarmaken om Chababash te verdrijven uit Egypte.

Voor het front in Klein-Azië wees Darius een capabele generaal aan: Memnon van Rhodos, de broer van de onlangs overleden Mentor. Memnon had een deel van zijn leven doorgebracht aan het Macedonische hof en was daarom in Perzië niet geheel onomstreden, maar hij had zijn positie versterkt door te trouwen met een Perzische aristocrate, Barsine, de weduwe van zijn broer. Ik blogde al eens over haar. Voortaan gold Memnon als een van Darius’ meest loyale volgelingen en vanaf de herfst van 336 commandeerde hij de Griekse huurlingen van de grote koning.

Bij de stad Magnesia kwam het tot een treffen waarin voor het eerst in lange tijd een Grieks leger (zij het in vreemde dienst) superieur bleek aan een strijdmacht uit Macedonië. De gebeurtenis was des te opmerkelijker omdat Memnons huurlingen in de minderheid waren. Het Macedonische moreel kreeg geen gelegenheid zich te herstellen, want enkele dagen na de nederlaag ruimde Parmenion zijn collega Attalos uit de weg – de man was een persoonlijke vijand van Alexander. Parmenion voerde het leger terug naar het noorden, maar werd op de hielen gezeten en zelfs ingehaald door Memnon.

Tegelijkertijd braken burgertwisten uit in de steden die zich nog maar zo kort geleden aan Macedonische zijde hadden geschaard. In Efese maakte Memnon een einde aan de prille democratie en kregen de oligarchen de macht weer in handen. Zoals bij dergelijke omwentelingen te doen gebruikelijk is, leefde de bevolking zich uit op de standbeelden van de oude machthebbers: het beeld van Filippos in de beroemde Artemistempel werd van zijn sokkel getrokken.

Het jaar 335

In de loop van het volgende jaar – het jaar waarin Alexander trok door Thracië en Illyrië en Thebe verwoestte; het jaar waarin de Perzen de opstandige satrapie Egypte heroverden – streden Parmenion en Memnon met wisselend succes. Tegelijkertijd mobiliseerden de satrapen van Lydië en Hellespontijns Frygië, Spithridates en Arsites, hun troepen om Memnon te helpen het binnenvallende leger te verdrijven. De Grieks-Romeinse auteur Diodoros somt Memnons successen op:

Hij trok over het Idagebergte, overviel onverwachts de stad Kyzikos en het scheelde weinig of hij had haar ingenomen. Toen hij niet in die opzet slaagde, verwoestte hij het omliggende land en sleepte een grote buit weg. In dezelfde tijd veroverde Parmenion stormenderhand de stad Gryneion en verkocht de bewoners als slaven. Maar toen hij Pitane belegerde, kwam Memnon opdagen. Hij verjoeg de Macedoniërs en maakte een eind aan het beleg. Later heeft [de Macedonische ruitercommandant] Kalas nog in de buurt van Troje met een leger van Macedoniërs en huurlingen slag geleverd tegen een grote Perzische overmacht, maar toen bleek dat hij die niet aankon, trok hij zich terug op het schiereiland Roiteion.

Zo liep het jaar 335 ten einde. Memnon had de Macedoniërs geïsoleerd in het noorden, waar Parmenion alleen de bruggenhoofden Kyzikos, Abydos en Roiteion kon behouden. Er resteerde weinig van het optimisme waarmee het expeditieleger anderhalf jaar eerder Azië was binnengevallen. Toch had Parmenion veel bereikt. De drie havensteden waren verdedigbaar en Memnon kon ze onmogelijk heroveren zolang hij de wateren van de Hellespont niet beheerste. Gedurende de winter konden de Macedoniërs enorme voedselvoorraden naar deze bases overbrengen en begin mei 334 stak Alexander zonder problemen over naar Azië. Daarover een andere keer.

#AbydosAzië_ #AlexanderDeGrote #Arsites #ArtaxerxesIIIOchos #ArtaxerxesIVArses #Attalos #Barsine #Chababash #DariusIIICodomannus #democratie #DiodorosVanSicilië #FilipposII #Hellespont #Kyzikos #MagnesiaAanDeSipylos #MemnonVanRhodos #MentorVanRhodos #NidinBel #oligarchie #Parmenion #PerinthosIncident #Spithridates

Client Info

Server: https://mastodon.social
Version: 2025.07
Repository: https://github.com/cyevgeniy/lmst