#Alchaudonios

2024-12-17

De belegering van Apameia

Bij de belegering van Apameia waren ook Arabische ruiters actief (Louvre, Parijs)

Als ik schrijf dat het was tegen het einde van het jaar waarin Caesar en Lepidus het consulaat bekleedden (december 46 v.Chr. dus), dan concludeert u dat u weer een blogje te lezen krijgt in de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” Maar het gaat vandaag niet over Caesar.

In een eerder stukje gaf ik aan dat Caesar de gouverneur van Cilicië, Quintus Cornificius, opdracht had gegeven de orde te herstellen in Syrië. Daar erkende Quintus Caecilius Bassus het gezag van Caesar niet. Hij had Caesars verwant Sextus Julius Caesar uit de weg laten ruimen en zelf de macht gegrepen. Bassus voorzag zichzelf van een officiële titel en verschanste zich in Apameia, waar hij beschikte over een goed verdedigbare citadel en geld. Daarmee begon hij een leger op te bouwen.

Dio’s verslag

Uit de Romeinse Geschiedenis van Cassius Dio weten we hoe het verder ging. De Grieks-Romeinse geschiedschrijver geeft weliswaar geen datering van de gebeurtenissen, maar gelukkig beschikken we ook over een brief van Cicero waarin de Romeinse politicus vertelt te beschikken over een in december 46 v.Chr. geschreven brief van Gaius Antistius Vetus.noot Cicero, Aan Atticus 14.9. Die rapporteert wat er bij Apameia was gebeurd. Zo kunnen wij Dio’s verslag dateren. (Over de genoemde Alchaudonios blogde ik eerder.)

Caecilius Bassus ronselde iedereen die daar qua leeftijd voor in aanmerking kwam, vrijen én slaven, bracht geld bij elkaar en vulde zijn wapenvoorraad aan. Maar terwijl hij daarmee bezig was, probeerde Gaius Antistius hem in Apameia in te sluiten en te belegeren. Dat liep uit op een gevecht dat gelijk opging.

Toen bleek dat geen van tweeën een duidelijk voordeel wist te bereiken, staakten ze de strijd. … Ze wachtten allebei op versterkingen. Antistius kreeg er soldaten bij uit de streek zelf, die pro-Caesar waren, én soldaten uit Rome, gestuurd door Caesar, terwijl Bassus hulp kreeg van Alchaudonios van Arabië … Beide partijen hadden zijn hulp ingeroepen. Alchaudonios koos positie tussen Apameia en het legerkamp, gaf nog geen antwoord maar wilde eerst weten wat men hem te bieden had. Bassus, die meer bood dan Antistius, won het pleit.

In het daaropvolgende gevecht bleek Bassus verreweg de sterkste, vooral door zijn boogschutters. Zelfs de Parthen kwamen opdagen, opgeroepen door Bassus, maar omdat de winter inviel bleven die niet al te lang bij hem; ze hadden zodoende nauwelijks invloed op de afloop.noot Cassius Dio, Romeinse Geschiedenis 47.27; vert. Gé de Vries.

De muren van de citadel van Apameia

Cicero’s correspondentie

Tot zover Dio. In zijn verslag aan Cicero schrijft Antistius Vetus dat het juist de Parthen waren die de zaak beslisten. Hun commandant was prins Pakur geweest en diens interventie was een van de redenen waarom Caesar niet veel later de Parthen wilde aanvallen. We zullen Antistius Vetus maar vergeven dat hij niet vertelde dat hij zich vooral in de nesten had gewerkt door een potentiële Arabische bondgenoot onvoldoende te bieden.

Ik heb niet kunnen achterhalen waarom uiteindelijk Gaius Antistius Vetus en niet Quintus Cornificius aan het hoofd stond van Caesars interventiemacht. Cicero vertelt wel dat Cornificius in de zomer van 45 v.Chr. naar Italië terugkeerde en zich “beklaagde” over het simpele huis dat Cicero hem ter beschikking had gesteld. Cicero “bestrafte” hem voor de belediging aan het adres van zijn villa door hem uit te nodigen in een van zijn andere landhuizen. De brief toont dat er, ondanks de ongemakkelijke rust in Rome, nog alle ruimte was voor speelsheid.noot Cicero, Brieven an vrienden 12.20.

[Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

#RealTimeCaesar #2069JaarGeleden #Alchaudonios #Apameia #belegering #CassiusDio #Cicero #GaiusAntistiusVetus #JuliusCaesar #PakurI #QuintusCaeciliusBassus #QuintusCornificius #Syrië #TweedeBurgeroorlog

2024-09-15
De hippodroom van Caesarea Maritima

In het vorige blogje legde ik uit hoe de politieke landkaart van Judea en omgeving er in de nieuwtestamentische tijd uitzag. Wat van mensen woonden hier nu? Ik denk dat wij dat eigenlijk niet goed begrijpen kunnen. Dat komt ten dele doordat niet iedere gemeenschap een politieke chroniqueur had als Flavius Josephus, of religieuze literatuur als het Nieuwe Testament, de Dode Zee-rollen of de Mishna. Maar even wezenlijk is dat wij zijn geconditioneerd door de nationale staat:noot Ik krijg dat lelijke anglicisme “natie-staat” dat de laatste jaren zo populair aan het worden is, almaar niet uit mijn pen. het idee dat in één land één door zijn taal gedefinieerd volk woonde met één min of meer dezelfde cultuur. Wij zijn slecht voorbereid op de pluriformiteit van de toenmalige wereld.

Tegenstellingen

Binnen de Herodiaanse rijken waren bijvoorbeeld joodse delen, met Jeruzalem als bekendste voorbeeld, maar ook hellenistische steden als Caesarea, Samaria, Sepforis, Tiberias en Panias. Op het platteland lijken mensen waarde te hebben gehecht aan joodse gebruiken, maar dat wilde niet zeggen dat ze geen kritiek hadden op de Tempel. (Het wil ook niet zeggen, trouwens, dat wij moeten denken dat we ze kunnen begrijpen vanuit het latere rabbijnse jodendom – een fout die nogal eens wordt gemaakt.) Omgekeerd leefden er joodse groeperingen buiten wat wij instinctief geneigd zijn te beschouwen als een joods gebied. Het kan niet vaak genoeg benadrukt worden dat Jeruzalem, welke pretenties de stad ook had, niet de enige tempel voor Jahweh was.

Joods grafschrift uit Hegra

Er waren ook talige variaties. Ik noemde in het vorige blogje dat Beiroet een Latijnse enclave was. We moeten de rest van de regio als Aramees en Grieks beschouwen, waarbij de ene taal thuis werd gesproken en de ander bij officiële gelegenheden. Naarmate je oostelijker kwam, waren er meer Arabisch- en Safaïtischsprekenden. Ik blogde al eens over Alchaudonios.

Ook cultureel was het gebied veelkleurig: nomaden, boeren en stedelingen; Griekse, Romeinse en traditionele vormen; en ook mensen die voorwendden traditionele verhalen te vertellen en zich daarbij bedienden van Griekse concepten. Ik ben steeds meer geïntrigeerd door Filon van Byblos, die een Fenicische identiteit wil beschrijven – maar “Fenicië” was nou net géén Fenicisch concept. Het was een Griekse naam voor een verzameling mensen die zichzelf beschouwden als bewoners van Akko, Tyrus, Sidon, Beiroet, Byblos of Arwad. Het is vermoedelijk geen toeval dat noch Filon zelf, noch iemand anders hem aanduidt als “Filon van Fenicië”. Dat maakt hem een mooi voorbeeld van de complexiteit van de toenmalige identiteit.

Panias, de grot van Pan met de bron van de Jordaan

Wat is een jood?

En dan is er de welbekende vraag wat een jood eigenlijk is. Er bestaan verkeerde antwoorden. Het ideologische gedram van Flavius Josephus over de drie “echte” filosofieën (farizeeën, sadduceeën, essenen) hoeven we niet eens te overwegen. Joden zijn evenmin de ingezetenen van de staat van de koning der Joden, Herodes de Grote, want daarbinnen leefden volop polytheïsten. De samaritaanse geloofsgemeenschap – die niet dominant was in Samaria en die ook daarbuiten leden had – is dan nog een onderwerp dat ik oversla.

Joden zijn ook al niet degenen die alleen Jahweh vereren, want je kon prima jezelf identificeren als jood en toch Pan vereren of Jahweh gelijkstellen aan de Allerhoogste God of aan Dionysos. Verder was Jahweh voor menige niet-jood toch een reële god, erkend tot in Tongeren aan toe. Het goede antwoord is vermoedelijk dat een jood offerde aan Jahweh en alleen aan Jahweh. Het belang van het offer is voor ons, niet gewend aan zulke rituelen, een makkelijk te onderschatten factor.

Skythopolis, met midden de tempel voor Dionysos

Betsaïda

Ik keer nog even terug naar de nieuwe stad Betsaïda. Er woonden joden, dat staat vast. De evangelist Johannes noemt bijvoorbeeld Jezus’ vroege leerling Filippos, een van de Twaalf.noot Johannes 1.45. Zijn naam is Grieks, wat misschien wel en misschien geen aanwijzing is voor zijn achtergrond.

Betsaïda zal vanouds bewoners hebben gehad die leefden van de visserij, landbouw en jacht. Dat wil vrijwel zeker zeggen dat ze redelijk praktisch dachten. Als een schaap in een put was gevallen, haalde je het er uit, ook op sabbat.noot Matteüs 12.11. Misschien was die groep verder wat conservatief en moest ze niet teveel hebben van vernieuwingen.

Het stadje kende echter ook nieuwkomers. Josephus noemt ze en het is leuk dat de archeologen in El-Araj niet alleen Romeins aardewerk hebben gevonden, maar ook bakstenen. Zoals ik al eens vertelde, is baksteen in het Nabije Oosten een “ethnic marker” die suggereert dat mensen zich als Romein hebben willen presenteren.

In elk geval: als de oude bewoners conservatief waren en als de nieuwkomers zich als Romeins presenteerden, zal er weinig belangstelling zijn geweest voor een messias. Dat geeft mogelijk wat context aan de uitspraak die de Q-bron Jezus in de mond legt:

“Wee Chorazin, wee Betsaïda, want als in Tyrus en Sidon de wonderen waren gebeurd die bij jullie gebeurd zijn, dan zouden de inwoners van die steden zich allang in een boetekleed gehuld en met stof bedekt hebben en tot inkeer gekomen zijn.”noot Matteüs 11.21 ||Lukas 10.13.

Een dramatische passage, maar het past bij wat we denken te weten over de bevolking van Betsaïda.

[Een overzicht van deze reeks over het Nieuwe Testament is hier.]

Deze blog is gratis, maar als u me wil steunen, koop dan een van mijn boeken, doe via Livius.nl een cursus of reis, of doneer. U kunt de blog ook volgen via het Whatsapp-kanaal.

Deel dit:

https://mainzerbeobachter.com/2024/09/15/judea-en-zijn-buren-cultuur/

#Alchaudonios #Aramees #Betsaïda #CaesareaMaritima #Chorazin #Dionysos #ElAraj #essenen #ethnicMarker #EvangelieVanJohannes #farizeeën #FilipposTwaalf_ #FilonVanByblos #HerodesDeGrote #identiteit #Jeruzalem #Judea #messias #nationaleStaat #NieuweTestament #offer #Pan #Panias #QBron #sadduceeën #Safaïtisch #Samaria #samaritaanseGeloofsgemeenschap #Sepforis #Tiberias #Tongeren

Client Info

Server: https://mastodon.social
Version: 2025.04
Repository: https://github.com/cyevgeniy/lmst